NIEUWS

Linde van der Velden en haar visie op het Nederlands rugby

Hoe kijkt professioneel rugbyster Linde van der Velden naar de ontwikkeling van het Nederlandse rugby? Lees het in dit interview met Rugby Nederland

Het is 8.00 uur plaatselijke tijd in Engeland op het moment dat Linde van der Velden haar laptop openklapt voor een interview met Rugby Nederland. Hoewel haar agenda gevuld is met trainingen, team-meetings en verplichtingen voor haar baan als architect, heeft ze een gaatje gemaakt om te praten over haar visie op het Nederlandse rugby.

Bijzondere ervaring
Gevraagd naar haar ervaringen als international begint Van der Velden direct te stralen. Hoewel ze al langere tijd een vaste waarde is in het team van Sylke Haverkorn heeft, blijft het voor de captain bijzonder om haar land te vertegenwoordigen. “Het is lastig te omschrijven, maar het is elke keer weer een geweldige ervaring om voor Nederland te spelen. We hebben veel mooie wedstrijden gespeeld en veel leuke momenten meegemaakt. Het is een prachtige manier om met het Oranje-shirt ervaring op te doen qua internationaal rugby en het coachen van teamgenoten.”

Niveauverschil
Sinds het seizoen 2020-2021 speelt Van der Velden als prof bij Exeter Chiefs in Engeland. “Ik merk wel dat er een verschil in niveau zit tussen de club en het Nederlandse team”, geeft Van der Velden aan. “Ik heb het geluk dat ik fulltime met rugby bezig kan zijn. Hierdoor kan ik mij volledig focussen op de sport en doe ik daarnaast nog mijn werk als architect. Voor de meiden die in Nederland rugbyen is het precies andersom: zij hebben een fulltime baan om de vaste lasten te betalen en moeten daarna nog ‘s avonds trainen. Hierdoor is de mentaliteit ook heel anders. In de Nederlandse competitie ligt de nadruk meer op het plezier, terwijl bij Exeter Chiefs de focus ligt op het winnen van de Premiership.”

foto: rugby-shots

Potentie
Van der Velden ziet veel potentie bij de Oranjedames. “Natuurlijk zijn er stappen te maken op het gebied van funding en professionaliteit, maar we zijn al goed op weg met de ontwikkeling van onze jeugd. Zo zijn er momenteel veel meiden bij de selectie die zijn doorgestroomd vanuit U18. Hierdoor kunnen we de aankomende jaren een mooie groei doormaken. Het Onder 18 team speelt nu ook veel 15s, met hetzelfde wedstrijdplan en deels dezelfde staf als de Oranjedames. Hierdoor kunnen deze meiden ook sneller aanhaken bij de senioren. Bovendien doet de lichting eronder het ook erg goed. Ik zie de toekomst van Oranje dan ook heel positief in. We hebben goede talenten rondlopen en sommige meiden gaan ook naar het buitenland, waar ze zich vol op het rugby kunnen focussen. Ik hoop ook dat we in de derde klasse van de WXV competition kunnen komen met Oranje, zodat we ons kunnen blijven ontwikkelen met wedstrijden op niveau.”

Hecht team
Naast de potentie van de Oranjedames is Van der Velden ook erg te spreken over de sfeer in het team. “Het is altijd heel gezellig bij Oranje en we zijn heel hecht met elkaar. Het overlijden van mijn zus Inge heeft ons natuurlijk ook dichter bij elkaar gebracht. Zij was en is natuurlijk ook een onderdeel van het team. Het was heel moeilijk om haar te verliezen, maar het geeft steun om te weten dat je teamgenoten er voor je zijn.”

foto: rugby-shots

Profleven
Inmiddels is Van der Velden gewend aan het leven als professioneel rugbyster in Engeland. “Het is mijn derde jaar bij de club en ik voel mij er echt thuis. De mensen van de club heetten mij direct enorm welkom, waardoor het relatief makkelijk was om te aarden. Sinds de coronamaatregelen zijn geschrapt, ga ik ook regelmatig na de training wat leuks doen met mijn teamgenoten. Verder werk ik naast het rugby ook parttime als architect. Zo kan ik alvast ervaring opdoen binnen het vakgebied waar ik na het rugby in verder wil. Maar voorlopig gaat de focus nog volledig op het rugby zelf. Zo spelen we 10 juni de halve finale van de Premiership en als we die winnen staan we 24 juni in de finale.” De stralende glimlach waarmee Van der Velden haar eerste antwoord van het interview gaf, komt weer terug. “Eerder pakten we al de beker. Hoe mooi zou het zijn als we straks de dubbel hebben?”